9.1 | De tekst wordt voorgelezen |
9.2 | Inventariseer de handelende figuren |
9.3 | Per figuur (groep figuren: de kudde schapen) maak je op een (groot) blad een kolom. Nu wordt de tekst in kolommen herschreven. Wat iemand zegt of over iemand gezegd wordt, komt in de respectieve kolom, horizontaal zo geschikt in de volgorde van het verhaal. Het kan dus best zijn dat een kolom bijna helemaal leeg blijft. |
9.4 | Wat leert de nieuwe schikking?
9.4.1 Bekijk de kolommen verticaal
9.4.2 Bekijk de kolommen horizontaal
|
9.5 | Tot slot kan je nog bespreken:
|
9.6 | Heeft tot nu toe ieder individueel gewerkt, dan wordt er nu uitgewisseld. |
9.7 | Afrondend gesprek: 'Welk appèl spreekt er voor mij uit de tekst?'
|